Paul De Leeuw: Kl 204

De snelweg Utrecht - Amsterdam
rijd ik op bij Vinkenveen
niet meer dan een Cabalero verder
de afslag Schiphol - Amstelveen
ik neem de bocht daarna te scherp
er valt wat as op je broek en je kijkt naar mij
ik zet de radio zacht maar weet niets meer
van alles wat ik net nog in mezelf zei
denk jij dit moment hetzelfde
maar om terug te gaan gingen wij te ver
je geeft me vuur voor een nieuwe cabalero
en in de verte stijgt een jet van Martin-Air
oh, wat hou ik van jou denk ik in de hal
de hele wereld is daar waar wij tussen staan
en een stem zegt: willen alle passagiers
voor de KL 204 naar de uitgang gaan
als ik God was,
en die zilveren vogel vloog voorbij
samen met jouw ver weg van mij
als ik God was, als ik god was
dan plukte mijn hand hem uit de lucht
en ik bracht jouw weer bij mij terug
als ik God was, ohhhhhh
maar tien kilometer hoog in je vliegmachien
kun je mij, al zou je willen niet eens meer zien
je zegt nog zacht, ik schrijf je wel
als alles wat bezonken is
ik knik alleen oke
maar weet dat ik je nu al heel erg mis
dan ga je door de pascontrole
je kijkt nog even om en je zwaait naar mij
ik glimlach maar iets sterft in mij
want ik weet ook nou is het echt voorbij
ik staar uit het raam van het restaurant
en zie schiphol in de nacht
op een landingsbaan knippert ver een licht
er word een El-Al binnen gebracht
de koffie is heet en bitter
een stuwardess lacht en dan klinkt hol
de laatste oproep voor de passagiers
van de KL 204, ohhh ik haat Schiphol
als ik god was,
en die zilveren vogel vloog voorbij
samen met jouw ver weg van mij
als ik god was, als ik god was
dan plukte mijn hand hem uit de lucht
en ik bracht jouw weer bij mij terug
als ik god was, ohhhhhh
maar tien kilometer hoog in je vliegmachien
kun je mij, al zou je willen niet eens meer zien
de snelweg Utrecht - Amsterdam rijd ik af bij Vinkenveen
er zijn een stuk of drie clubs in Hilversum
en daar ga ik dan maar heen